Calmez-vous! Er is niks aan de hand. Er is nog niks aan de hand. - TopicsExpress



          

Calmez-vous! Er is niks aan de hand. Er is nog niks aan de hand. Het kan allemaal goed komen. Het komt goed. O. kreeg plots een ingeving. Misschien kan T. me morgen afzetten. Ja! Dat zou een stuk schelen. Dan kom ik zeker op tijd of wacht, nee, ik wil ook niet gezien worden door M. met hem. Hoe zou ik dat kunnen uitleggen? Of misschien vlakbij afgezet worden. Er zijn mensen die bij de minste of geringste ingeving onmiddellijk naar de telefoon grijpen om het aan een ander voor te leggen en er zijn er ook die van de uitstel zijn, het liefst zelfs van de afstel. De eerste categorie verwijt de tweede niet zelden juist dit, want immers, worden er waardebepalingen gemaakt, conclusies getrokken op basis van de eigen waarnemingen, van de eigen door de natuur gedetermineerde menstype zoals de wereld voor een kikker bestaat uit ronde vormen, dat simpelweg het resultaat is van de door de natuur gegeven structuur van zijn ogen. Een ieder die denkt de waarheid te kennen of een ander vermaant niet de werkelijkheid te zien, te ervaren zoals hij, is als een vos die een kikker verwijt de wereld te zien in ronde vormen, een aap die een vis verwijt niet in bomen te kunnen klimmen. Op hetzelfde moment dat O. de portiek verliet en op straat stond kwam T. aangereden. De kikker en de vos. Een autodeur die geopend wordt. and i feel like ive been here before feel like ive been here before and you know it makes me wonder whats going on under the ground De dagen dat het ongepast was voor vrouwen om op een fiets te rijden zijn voorbij. De deur openen voor een dame, hoewel ook stammende uit dezelfde vervlogen algemeen geaccepteerde voorschriften voor man en vrouw hoe zich te gedragen, kan de huidige mens nog wel bekoren, mits op vriendelijke wijze. T. had geen moment geaarzeld op het moment dat hij O. zag. Was hem dicht genaderd, de auto tot stilstand gebracht en zijn bovenlichaam naar de bijrijdersstoel overgeheveld zodat hij resoluut verre van vriendelijk de deur opende en O. geen keus liet, behalve dichterbij te komen en in te stappen. Nog voor O. de tijd had om maar de autogordel te kunnen omdoen en zich te richten naar een hoofd waar geenéén haar te bespeuren was, maar met priemende blauwe oogjes en waar van het hele gezicht geen millimeter barmhartigheid af straalde, kwamen de verwensingen al naar hem toegesneld. T. was niet blij, verre van dat, maar O. uitfoeteren deed hem goed, maar zelfs de kwetsbaarste diertjes hebben afweergeschut gekregen van de natuur. ‘Hoi T, ik wilde je eigenlijk bellen!’ ‘O ja joh? Het zal toch niet waar zijn?!’ ‘Jawel, het gaat om morgen, om die afspraak morgen, weet je wel? Maar wat doe je hier? Je bent een dag te vroeg!’ ‘Tjongejonge, wat ben jij ineens op dreef,’ en zowaar werd T. rustig, O’s natuurlijke afweergeschut werkte blijkbaar en kwam hij ter zake. ‘We gaan naar de kleermaker voor een kostuum voor je voor het gemaskerde bal.’ O. op gemotoriseerde wielen naar de hotspots van de revolutie. Volgende revolutionaire schermutseling betreft meetlint en schaar. Verstopt in de stedelijke jungle, door lianen van steen en cement, het alles en iedereen overwoekerende glas en staal zijn er plekken die het zonlicht niet bereikt, waar de immer herhalende voorbijgaande vluchtigheid van de stad, hoewel in haar midden, is veranderd in meer dan dorpse stilheid en lange donkere winters van Scandinavië, waar de Poolster niet haar witte licht over laat schijnen, niet uit onwelwillendheid, maar uit onmacht. Hier treft men kleermakerij De Witte Ballon aan. Waar moet een mens heen die niet gezien wil worden, die niet gezien mag worden? Mocht je je ogen beschouwen als privé dan kun je een zonnebril opzetten en lenzen met kattenpupillen indoen voor in de nacht, maar waar moet je heen als je niet gezien kan worden. Waar moet je zijn, waar kan je zijn als je niet aanwezig mag zijn? Niet aanwezig kan zijn. Schorpioenen verstoppen zich onder stenen, vissen achter planten, zelfs de wijzers van een klok verlangen naar het moment zich even achter de ander schuil te mogen houden en onzichtbaar te zijn. De tijd mag denken, machtig als hij is, heer en meester over alles en iedereen te zijn en het moge zo zijn, van de kwetsbaarheid van de wijzers weet hij niets en mocht hij er al iets van weten, het zou alleen maar tot misverstanden en onbegrip leiden. De tijd weet niet dat de wijzers, die bij uitstek zijn dienaren zijn, zijn mechanisme vormen, de paarden zijn, die zijn gouden koets verder en verder van heden, de karrensporen van het verleden steeds meer vervagend achter zich latend, naar een ongewisse, maar onvermijdelijke toekomst voortslepen, zich het liefst verstoppen voor hem al is het maar voor eventjes zoals de aarde het heel af en toe lukt zich achter de maan te verschuilen in haar liefhebbende schoot, haar minzame schaduw en zich zo te onttrekken aan het zonlicht. dont draw on the infinity board your buildings, if they rise again would do much better on the ocean floor theyll never feel the way they did before Het was niet de naam die de G-straat deed afwijken van andere straten. Strikt genomen was het een straat, maar de gevels aan beide kanten van de G-straat betrof de achterkanten van de bebouwing van de straten die parallel liepen aan haar en zoals alle voorkomendheid vaker gaat naar de façade waren de achterzijdes afgeraffeld. Op straatniveau was er nauwelijks een raam, maar dat was ook niet nodig, want hier stond de maan altijd tussen de aarde en de zon. Diverse schoorsteentjes, pijpen met een opgetild hoedje erop, bliezen hier ongestoord, witgrijze rook uit. Nooit zal een paus, een goeroe of kantoorpersoneel in hun pauze met broodtrommels onder hun arm geklemd door de G-straat lopen. Geluid van monteurs die zichtbaar vanaf de straat aan auto’s sleutelden op een brug was wat men hier hoorde, hier aantrof. Eén kant van de straat zou met een beetje verbeelding door kunnen gaan als de muur van kerkhof Père- Lachaise waartegen de Communards van de Parijse Commune in 1871 zijn doodgeschoten. Op die dag was het een kwaad ding om opvallend langer, vuiler, schoner, ouder of lelijker te zijn dan je buurman, kortom afwijkend van de standaard, het gemiddelde dat moeder natuur als een waterpas recht omhoog houdt. Een gedenkbord aux morts de la Commune aan de Mur de Fédérés, op de muur van de G-straat ook een bordje met de naam erop van een hulpverleningsinstantie, een deur ernaast van staal en spiegelglas. Achter de deur bevindt zich ergens een hokje, een afgesloten, maar doorzichtig loket met een luikje waar een hulpverlener methadon en spuiten naar de andere kant schuift en toezicht houdt, meekijkt hoe alle figuren voor wie deze plek drie maal daags het epicentrum is van het heelal de spuiten afdrukken om daarna langs de automonteurs weer de G-straat verlaten, verdoofd genoeg om het enkele uren vol te kunnen houden aan de façadekant. sal my nou langs agterstrate lei ’n donker skadu tussen jou en my? sal my langs ompaaie na jou stuur sal ek my vasloop in ’n baksteenmuur? die tydlose kamer rooi en swart berei die onheil van my hart en sy wat glimlag en gelate roem ‘die swartkop sal hom nog met jou versoen’
Posted on: Tue, 29 Oct 2013 12:28:55 +0000

Trending Topics



Recently Viewed Topics




© 2015