Rechtbank Den Haag, NR: 12/5680 18 juli 2013 Belastingtijdvak: - TopicsExpress



          

Rechtbank Den Haag, NR: 12/5680 18 juli 2013 Belastingtijdvak: 2012 BRV / datum tariefsverlaging naar 2 procent is niet discriminatoir / geen dwangsom In deze zaak heeft het transport van een woning op 14 juni 2012 plaatsgevonden. Het tarief van de overdrachtsbelasting bedroeg toen nog 6 procent. Met terugwerkende kracht tot en met 15 juni 2012 is het tarief vervolgens verlaagd tot 2 procent. De nieuwe eigenaar wil ook een tarief van 2 procent en vecht één en ander aan met de stelling dat er sprake is van een ongelijke behandeling van gelijke gevallen. De Rechtbank stelt voorop dat op fiscaal gebied aan de wetgever een ruime beoordelingsvrijheid toekomt bij het beantwoorden van de vraag of voor de toepassing van artikel 26 IVBPR en artikel 14 EVRM gevallen als gelijk moeten worden beschouwd en of, in het bevestigende geval, een objectieve en redelijke rechtvaardiging bestaat om die gevallen niettemin in verschillende zin te regelen (EHRM 22 juni 1999, nr. 46757/99, zaak Della Ciaja/Italië, BNB 2002/398). Daarbij dient het oordeel van de wetgever te worden geëerbiedigd tenzij dat van redelijke grond ontbloot is (EHRM 10 juni 2003, nr. 27793/95, zaak M.A. en anderen tegen Finland, V-N 2003/52.2). Daarop concludeert de Rechtbank dat de wetgever met het vanaf enig moment met terugwerkende kracht in werking laten treden van een wettelijke tariefsverlaging, niet in strijd met het gelijkheidsbeginsel handelt. Er was in deze zaak voorts een dwangsom geëist omdat de inspecteur niet tijdig op het bezwaarschrift zou hebben beslist. Het blijkt dat de gemachtigde niet alleen in deze zaak optreedt, maar tevens procedeert voor enkele honderden belanghebbenden die een woning geleverd hebben gekregen (vlak) vóór 15 juni 2012 en die overdrachtsbelasting hebben voldaan naar een tarief van 6%. Daarover is uitvoerig gecorrespondeerd teneinde tot een gecoördineerde afhandeling van de bezwaren te komen. De Rechtbank ziet daarin geen schriftelijke ingebrekestelling die vereist is voor de eventuele toekenning van een dwangsom. De inspecteur heeft de aanspraak op betaling van een dwangsom daarom terecht afgewezen, aldus de Rechtbank.
Posted on: Wed, 07 Aug 2013 09:27:43 +0000

Trending Topics



Urgent: Call for partners to collaborate in a EU Eco-innovation
Governor, CM presents State Awards, CM’s Gold Medals 71
Indeed, This is by the grace of Almighty Allah (swt). I owe deep

Recently Viewed Topics




© 2015